Ze hadden alles gemeenschappelijk. En daarna...

In de eerste christelijke gemeente is er een opvallende eensgezindheid. Niet alleen is er grote eenheid in het samen komen, om trouw te zijn aan het onderricht dat de apostelen geven, of de eenheid bij het breken van het brood en de gebeden. Nee, geld en goed, eigendommen en bezittingen worden verkocht, en de opbrengst daarvan wordt onderling verdeeld, vooral met het oog op degenen die dat het hardst nodig hebben (Hand. 2:44-45, 4:34-37). Een soort ideaalplaatje, zo lezen we althans deze bijbelgedeeltes. Het heeft...

Lees meer...