Afgelopen jaar las ik het boek van Gabriele Kuby, De seksuele revolutie – de vernietiging van de vrijheid uit de naam van vrijheid (2017). Een uitstekend boek dat de patronen en processen achter de 'genderideologie' blootlegt. Er ligt een enorme druk op onze samenleving om deze ideologie te omarmen. Ik lees zo'n boek zoals je een olifant opeet: hapje voor hapje. Met vaak een gebed voor de thematiek waar ik me doorheen worstel. Over de schrijfster: zij is een Duitse sociologe, lid van de Rooms-katholieke Kerk, en schrijft en spreekt wereldwijd over de seksuele revolutie.

Een samenvatting van drie hoofdstukken van dit boek, met nog wat aanvullende notities, lees je hieronder.
Een interview met Kuby is hier te lezen (RD, 02-03-2018).
Opinieartikel van mijn hand in het ND van 05-01-2021 vind je hier Met alle aandacht voor gender zou je zomaar vergeten dat er een Schepper is...

Om te bidden Gebed inzake invloed genderideologie of anders Gebed over relaties en seksualiteit (1) / het langere gebed Gebed over relaties en seksualiteit (2)


Jan Minderhoud

 

INHOUDSOPGAVE

Hoofdstuk 1 - VERNIETIGING VAN DE VRIJHEID UIT NAAM VAN DE VRIJHEID
Hoofdstuk 2 - DE WEGBEREIDERS VAN DE SEKSUELE REVOLUTIE VAN DE FRANSE REVOLUTIE TOT HEDEN
Hoofdstuk 3 - VAN FEMINISME NAAR GENDER-IDEOLOGIE
Hoofdstuk 4 - DE MONDIALISERING VAN DE SEKSUELE REVOLUTIE DOOR DE VERENIGDE NATIES
Hoofdstuk 5 – TOTALITAIRE GREEP: DE DJOKJAKARTA-BEGINSELEN
Hoofdstuk 6 – DE EUROPESE UNIE OP GENDERKOERS
Hoofdstuk 7 – GENDERREVOLUTIE AAN DE BASIS
Hoofdstuk 8 – POLITIEKE VERKRACHTING VAN DE TAAL
Hoofdstuk 9 – PORNOGRAFIE, DOODNORMAAL?
Hoofdstuk 10 – HETERO, HOMO, BI, TRANS; IS ALLES GELIJKWAARDIG?
Hoofdstuk 11 – CHRISTELIJK GELOOF EN HOMOSEKSUALITEIT
Hoofdstuk 12 – SEKSUELE OPVOEDING OP SCHOOL EN DE KLEUTERSCHOOL
Hoofdstuk 13 – EMANCIPATOIRE SEKSUELE VOORLICHTING IN DE KATHOLIEKE KERK: WAT IS HET NU EN WAT ZOU HET MOETEN ZIJN
Hoofdstuk 14 – INTOLERANTIE EN DISCRIMINATIE
Hoofdstuk 15 – GROEIEND VERZET
Hoofdstuk 16 – HET HELLEND VLAK NAAR HET NIEUWE TOTALITARISME

Hoofdstuk 1 - VERNIETIGING VAN DE VRIJHEID UIT NAAM VAN DE VRIJHEID
Universele Verklaring van de Rechten van de Mens (1948): "Het gezin is de natuurlijke en fundamentele groeps-eenheid van de maatschappij en heeft recht op bescherming door de maatschappij en de staat." (Art. 16).
Een familie ontstaat door het huwelijk van een man en een vrouw en heeft behoefte aan monogamie, de seksuele trouw tussen de echtgenoten. Wanneer de monogamie als moreel richtsnoer wordt losgelaten, gaat de familie kapot. Gabriele Kuby beschrijft in haar boek hoe deze kernwaarden, gebruiken en wetten in de afgelopen 40 jaar gaandeweg zijn ontmanteld, met medewerking van de VN, de EU en talrijke lidstaten. Dit proces is ontstellend, omdat daarmee de fundamenten van de Europese cultuur ondergraven worden.
Het uitgangspunt van Kuby is dat "het wonderlijke geschenk van de seksualiteit op een beschaafde manier ontwikkeld moet worden om succesvolle relaties en een succesvol leven mogelijk te maken. Het tegendeel, het rusteloos najagen van alle verlangens, vernietigt de persoon en de cultuur." Een mens die van kindsbeen af is overgeseksualiseerd, leert dat het goed is om je verlangens zonder na te denken uit te leven en dat het slecht is om daar grenzen aan te stellen. Hij of zij gebruikt zijn/haar lichaam en dat van anderen dan niet als uiting van liefde, maar als instrument van (platte) lust.
Nooit eerder is er een ideologie geweest, die de genderidentiteit van man en vrouw en elke ethische norm van seksueel gedrag wilde vernietigen (= deregulering van seksuele normen).
Deze ideologie heet gendermainstreaming. Menig cultuur is door morele degeneratie ten onder gegaan. Wat uniek is aan de ideologie van gendermainstreaming is dat deze op politiek en cultureel niveau wordt afgedwongen, gestimuleerd door invloedrijke lobby's in de internationale instellingen.
Daarmee is het totalitarisme van kostuum veranderd en verschijnt het vandaag onder het mom van vrijheid, verdraagzaamheid, rechtvaardigheid, gelijkheid, anti-discriminatie en diversiteit.
De Engelse antropoloog J.D. Unwin onderzocht de relatie tussen seksualiteit en cultuur. Hij onderzocht 80 primitieve samenlevingen, maar ook de hoog-culturen van de Babyloniërs,  Soemeriërs, Atheners, Romeinen, Angelsaksen en Britten. Zijn bevindingen: hoe groter de beperkingen die aan de seksualiteit opgelegd worden, hoe hoger het culturele niveau, en hoe geringer de beperkingen, hoe lager het culturele niveau.
----------------------------------------------

Jan M: dit sluit aan bij wat nieuwtestamenticus Tom Wright, in zijn serie Paulus voor iedereen, zegt bij zijn uitleg van 1 Tessalonicenzen 4:3-8 (pag. 143-147)
3  Het is de wil van God dat u een heilig leven leidt: dat u zich onthoudt van ontucht,
4  dat ieder van u zijn lichaam heiligt en in eerbaarheid weet te beheersen
5  en dat u niet zoals de ongelovigen, die God niet kennen, toegeeft aan uw hartstocht en begeerte.
6  Schaad of bedrieg uw broeder of zuster in dit opzicht niet, want de Heer vergeldt dit alles, zoals wij u vroeger al nadrukkelijk hebben voorgehouden.
7  God heeft ons niet geroepen tot zedeloosheid, maar tot een heilig leven.
8  Dus wie deze voorschriften verwerpt, verwerpt niet een mens, maar God, die u zijn heilige Geest geeft.

Bij zijn uitleg bij deze tekst schrijft Wright over 'broeder ezel', een term waarmee Franciscus van Assisi zijn lichaam aanduidde.
Ons lichaam, enerzijds is het een kostbaar onderdeel van ons bestaan (je kunt in het christelijk geloof niet holistisch genoeg denken!), anderzijds iets dat, net als een paard of ezel, vaak een eigen wil lijkt te hebben, en daarom getemd moet worden, zodat het leert gehoorzamen.
Vervolgens gebruikt Paulus driemaal het woordje 'heilig' in ons tekstgedeelte, een woordje wat vooral voor de tempel in Jeruzalem werd gebruikt. En nu dus voor ons lichaam, een tempel van de Heilige Geest: "Daarom moeten ze (de christenen in Tessalonica) in alle aspecten van hun leven zo heilig zijn, alsof ze ononderbroken in de tempel in Jeruzalem verbleven."  Vervolgens betrekt Paulus deze heiligheid op onze seksualiteit. Wright: "De moderne wereld waarin wij leven, heeft seksuele verlangens, voorkeuren en praktijken tot moreel vrij gebied verklaard, waarvoor als enige regel geldt dat eenieder de ruimte moet hebben om uiting te geven aan elk verlangen dat in hem of haar opkomt, of opgewekt wordt."
Voor Paulus en vele andere joods-christelijk leraren is dat hetzelfde als toestaan dat een paard of een ezel ongedresseerd en ongetemd alle kanten op springt en zo berijders en toeschouwers in gevaar brengt. Onze seksualiteit is een prachtige gave van de Schepper, maar wel met een bepaald doel gegeven. En dat doel is niet om alle behoeften ongetemd te bevredigen, zoals onze samenleving ons wil laten geloven.
Zo'n ongetemde lustbevrediging kenden de Tessalonicenzen maar al te goed. Heidense tempels functioneerden vaak ook als bordeel (tempelprostitutie) en allerlei soorten seksuele praktijken werden door de samenleving getolereerd, zo niet aangemoedigd. Wat een uitdaging voor de kersverse christenen om hierin Christus te volgen....
In deze context geeft Paulus duidelijke aanwijzingen:
- geen ontucht (3), dus geen seksuele handelingen buiten het huwelijk.
- zelfbeheersing binnen het huwelijk (4-5) en niet je partner bedriegen, bijv. door overspel (6).
- want het oordeel van God ligt over losbandig gedrag, en dat blijkt alleen al hieruit dat het je leven, je gezondheid en dierbare relaties ruïneert.
Tot zover Wright.


Hoofdstuk 3 - VAN FEMINISME NAAR GENDER-IDEOLOGIE
In de ideologie van de gendermainstreaming werd 'gender' het nieuwe toverwoord. Het oude woord 'sekse' voldeed niet meer en werd vervangen door 'gender'.
Kuby: "Zonder twijfel bestaan er culturele en historische variaties in de sociale manifestaties van de geslachtspolariteit van man en vrouw. Daar houden sociologen en volkenkundigen zich mee bezig. Deze variaties heffen de tweegeslachtelijkheid echter niet op, net zo min als het wisselende weer het feit van dag en nacht opheft. Het begrip gender werd ingevoerd om precies dat te bewerkstelligen, om via politieke strijd de geslachtspolariteit te 'veronduidelijken', te 'destabiliseren', te 'deconstrueren'. Dit moest mainstream worden, een onderdeel van de niet ondervraagde tijdgeest." (pag. 72).
Judith Butler (geboren 1956) is een belangrijk woordvoerster van deze genderideologie. In 1990 verscheen haar boek Gender Trouble - Feminisme and the Subversion of Identity. In haar boek geeft ze blijk van haar onbehagen over de gebruikelijke geslachtsordening (man-vrouw), die volgens haar leiden tot geslachtshiërarchie en 'dwang-heteroseksualiteit'. Identiteit is in haar visie vloeiend en flexibel , er bestaat geen mannelijk of vrouwelijk wezen, alleen een bepaalde performance, een houding dus en die kan ten allen tijde veranderen. Ook spreekt zij van 'heteroseksuele dwangnormativiteit'. Vervolgens reduceert zij de identiteit van de mens tot een vrij te kiezen seksuele oriëntatie: homo, lesbisch, bi-, trans- of nog anders. Ook geldt zij als een van de belangrijkste woordvoersters van de Queer theory. 'Queer' staat voor alles wat niet 'straight' (lees: heteroseksueel) is. 'Queer' wil zich in geen enkel hokje of welke geslachtelijke rol dan ook laten opsluiten.
Samengevat staat de gendertheorie voor het volgende: "Het biologische geslacht van de mens als man en vrouw heeft geen betekenis voor zijn identiteit. Het vormt veeleer een 'dictatuur van de natuur' boven de vrije zelfdefinitie van de mens. Hieruit moet de mens zich bevrijden. De identiteit van de mens wordt veel meer door zijn gewenste seksuele oriëntatie bepaald en is daarom flexibel, veranderlijk en meervoudig." (pag. 77)
[Jan M.: in de hedendaagse genderideologie speelt veel meer dan alleen de seksuele oriëntatie. Het gaat ook over 'genderidentiteit' (in hoeverre voel ik me man of vrouw?), 'genderrol' (in hoeverre kleed en gedraag ik als man of vrouw?) ].

Kuby: in twintig jaar tijd is gender tot een leidende ideologie geworden. Aan universiteiten wordt het nieuwe vak 'gender studies/queer studies' gedoceerd, zodat een compleet nieuwe generatie studenten deze nieuwe ideologie leert kennen als een verworvenheid van het moderne denken. Ook in overheidsinstanties, ondernemingen en opvoedingsinstituten wordt op 'gender' getraind. Dit alles gebeurt zonder dat er ooit een openlijk debat is gevoerd, noch in parlementen, noch in de media. Bijna niemand weet wat 'gender, is, en toch is gender geworden tot mainstream... Een spookachtig proces.

Hoofdstuk 8 – POLITIEKE VERKRACHTING VAN DE TAAL
Hoe taal een instrument is om de gender-ideologie tussen de oren te druppelen:
1. Begrippen die traditionele waarden uitdrukken, worden verdacht gemaakt. Voorbeeld: kuisheid.
2. Begrippen met een positieve lading worden met een nieuwe inhoud voorzien. Voorbeeld: diversiteit.
3. Nieuwe begrippen worden uitgevonden om de ideologie over te brengen. Voorbeeld: gender.
4. Nieuwe begrippen worden ingevoerd om tegenstanders in een kwaad daglicht te stellen. Voorbeeld: homofobie.

Oude begrippen krijgen een nieuwe lading. Enkele voorbeelden:
1. Vrijheid: ik mag doen en laten wat ik wil. De nieuwe gendermens mag zijn eigen geslacht en seksuele oriëntatie kiezen. De ontkoppeling van vrijheid van waarden zoals waarheid en verantwoordelijkheid, leidt echt juist tot een nieuw soort onvrijheid, omdat ze slechts ten koste van anderen kan worden gerealiseerd. “De mens wordt de mens tot wolf“ (Thomas Hobbes).
Kuby: “Het niet-aanvaarden dat de mens als man of vrouw wordt geboren in een aan hem voorgegeven werkelijkheid, is geen vrijheid, maar het loochenen van de duidelijke waarheid boven de mens’ (pag. 174).

2. Tolerantie: dit houdt van oudsher in dat je bereid bent iets te verdragen, ook wanneer je een andere mening hebt. Het betekent dus niet alles maar goed te vinden en geen onderscheid meer te maken tussen goed en kwaad. Maar vandaag geldt de bewering dat er zoiets als waarheid zou zijn, al als ‘intolerant’. Kuby: “Ruim twee eeuwen na Voltaire is tolerantie tot een strijdterm van het relativisme geworden.”  (pag. 175)

3. Discriminatie: het woord ‘discriminatie’ is hét sleutelbegrip in de strijd om de verandering van de waardenordening te legitimeren. Maar ‘discrimineren’ betekent in het Latijn ‘onderscheiden’. Voor de mens die zich verantwoordelijk weet tegenover God is het onderscheid tussen goed en kwaad van existentieel belang. Het onderscheid tussen goed en kwaad is nog geen discriminatie van mensen, maar het hanteren van morele ijkpunten.

4. Diversiteit: sinds enkele jaren wordt dit begrip excessief door de LHBTI-gemeenschap gebruikt om alle vormen van seksuele praxis te rechtvaardigen. Het woord ‘afwijkend’ of ’deviant’ pas daar niet in, omdat dat woord de hetero-norm veronderstelt.

5. Seksisme: een strijdbegrip van het feminisme, en wordt vaak in samenhang met racisme gebruikt. Aanvankelijk diende het begrip  ‘seksisme’ om een systeem aan de kaak te stellen waarin mannen vrouwen tot lustobject maken. Maar in de genderideologie wordt iedere vaststelling van verschillende geslachtskenmerken en de complementariteit man-vrouw als een vorm van seksisme gebrandmerkt.
Kuby: “De ideologie van de ‘sociale constructie’ der geslachtskenmerken blijkt resistent tegen de onderzoeksresultaten van de biologie, de geneeskunde, de sociologie, de psychologie en het hersenonderzoek, die de verschillen tussen man en vrouw en hun oorzaken steeds preciezer beschrijven.” (pag. 179)

6. Homofobie: geïntroduceerd om mensen die homoseksuele praxis afwijzen, als neurotisch te bestempelen. Maar een ‘fobie’ is een neurotische angst (voor spinnen, voor open of juist gesloten ruimtes) waarvoor hulpverlening nodig is. Dus homo-fobie voor iemand die de opvatting heeft dat God een andere bedoeling met mannen en vrouwen heeft dan een homoseksuele of lesbische levensstijl?
(voorbeeld: het Europarlement definieert homofobie als 'aversie tegen homoseksualiteit en homoseksuele, lesbische, biseksuelen en transseksuele mensen' en zet deze 'homofobie' op gelijke hoogte met racisme, xenofobie en antisemitisme, pag. 254).

7. Ouder: in plaats van de woorden ‘vader’ en ‘moeder’. Want ‘ouder’ is geslachtsneutraal.

-------------------------

Tot zover Kuby. Volledige samenvatting van haar boek is verkrijgbaar via Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken. .
Er zijn meer tegenstemmen, o.a. inzake de doorwerking van de genderideologie op politiek niveau. Zie daarvoor de Transatlantic Christian Council

Van rooms-katholieke zijde is er paus Benedictus XVI die in een kersttoespraak (2012) het volgende zei:
"In de woorden van Simone de Beauvoir 'je wordt niet als vrouw geboren, je wordt tot vrouw gemaakt' is de basis aangegeven van wat tegenwoordig onder het trefwoord 'gender' als nieuwe filosofie van de seksualiteit wordt voorgesteld. Het geslacht is volgens deze filosofie niet langer een gift van de natuur, die de mens moet aanvaarden en persoonlijk zinvol moet maken, maar een sociale rol waarover hij zelf beslist, terwijl tot nog toe de maatschappij daarover besliste (....). De mens ontkent dat hij een door zijn lichamelijkheid voorgegeven natuur bezit die het wezen van de mens kenschetst. Hij loochent zijn natuur en besluit dat deze hem niet voorgegeven is, maar dat hij ze zelf maakt. Volgens de Bijbelse scheppingsgeschiedenis behoort het tot het wezen van het schepsel mens, dat hij door God als man en als vrouw geschapen is. Deze dualiteit is wezenlijk voor het mens-zijn zoals God het hem gegeven heeft (Gen. 1:27). Precies die dualiteit als iets dat voorgegeven is, wordt ontkend (....). De manipulatie van de natuur die wij tegenwoordig voor ons milieu betreuren, wordt hier een fundamentele beslissing van de mens in de omgang met zichzelf (....). Waar de vrijheid van het maken de vrijheid van het zichzelf maken wordt, wordt noodzakelijkerwijs de Schepper zelf geloochend, en daarmee wordt uiteindelijk ook de mens als goddelijke schepping, als Gods evenbeeld in zijn eigenlijke bestaan verlaagd (....). Voordat datgene wat de Kerk als wezenlijke en niet onderhandelbare basiswaarden van het mens-zijn heeft erkend, moet zij met alle duidelijkheid opkomen."

Hendro Munsterman schreef in het Nederlands Dagblad van 11 juni 2019 de volgende samenvattende notitie bij een document van 31 pagina’s van de Vaticaanse Congregatie voor het Katholiek Onderwijs (begin juni gepubliceerd). Onder de titel: ‘Man en vrouw schiep hij hen. Voor een weg van dialoog over de vraag naar gender in het onderwijs’.
“Het document maakt onderscheid tussen ‘genderideologie’ (ook wel ‘gendertheorie’ genoemd) en de verschillende wetenschappelijke wijzen van het gebruik van het ‘concept gender’. De genderideologie probeert – het document citeert paus Franciscus – niet alleen ‘te antwoorden op soms begrijpelijke verlangens’, maar ook ‘zichzelf op te dringen als een dominant eenheidsdenken’.
Het wetenschappelijke gebruik van het concept ‘gender’ is volgens Rome gerechtvaardigd om ‘op een juiste wijze te onderzoeken hoe in diverse culturen de seksuele verschillen tussen mannen en vrouwen geleefd worden’. De term gender duidt hier op de sociaal-culturele vrouwelijke en mannelijke uitingsvormen.
“In de meest radicale gendertheorieën heerst een ‘utopie van het neutrale’, waar de verschillen tussen mannen en vrouwen onterecht worden weggepoetst, ‘gefundeerd op een verkeerd begrepen vrijheid van voelen en willen, in plaats van op de waarheid van het zijn’. Mannelijk en vrouwelijk zijn ‘constitutief voor de menselijke identiteit’, en het gevaar bestaat dat ‘gender belangrijker wordt dan sekse’. Voor het Vaticaan komt het tweede uit het eerste voort: geslachtsverandering is dan ook uit den boze. Tegelijkertijd vraagt het document respect en begrip voor mensen wier geslacht onbepaald is.
De medische techniek bedreigt volgens de congregatie de antropologische fundamenten door ‘manipulatie van menselijke embryo’s, gefragmenteerd ouderschap, instrumentalisatie of vermarkting van het menselijk lichaam’.”